Het begeleiden van een proces kan op verschillende manieren. Je ziet echter vaak dat er een traditioneel, lineair stappenplan gevolgd wordt, waar de uitkomst vooraf al in grote lijnen is bepaald. Als je tot nieuwe inzichten wilt komen, dan is het aan te raden om veel ruimte te laten aan hetgeen wat niet gezien wordt. En dat is lastig, want hoe weet je nou wat nog niet gezien wordt? Als we dat wisten, dan deden we het al. Het heeft dus bijna iets magisch, omdat je niet weet tot welke ontdekkingen je gaat komen. Bij een creatief proces zorg je ervoor dat deze magie kan ontstaan.
Hoe geef je een creatief proces vorm?
Een creatief proces is vooral gericht op jezelf challengen op alles dat je zeker denkt te weten. Het is namelijk best menselijk te denken bij het eerste nieuwe inzicht; ‘dit is het.’ Je hoofd suggereert dat je het gouden idee hebt gevonden, dus waarom zou je nog verder moeten zoeken naar andere nieuwe inzichten? Blindstaren op een idee is wat je wilt voorkomen. Je wilt eerst de kwantiteit opzoeken (veel ideeën) en daarna pas richten op kwaliteit (een idee verder uitwerken). Er zijn verschillende processen die hier invulling aan geven. Overal zie je een splitsing tussen 3 fases, die alle 3 aandacht vragen in de manier van uitvoeren.
- De probleemstelling
- Het creatieve proces
- Oplossingen creëren
Fase 1: Een goede probleemstelling vinden
In de praktijk zie je dat we vaak al snel suggereren dat we weten wat het probleem is. Realiseer je echter dat deze vaak vol aannames zit. Dat is niet erg, als je ze maar eerst toetst. Zo kom je erin de probleemstellingsfase vaak achter dat het initiële probleem helemaal niet het werkelijke probleem is. Gebruik deze fase dus om goed aandacht te geven aan het op zoek gaan naar het daadwerkelijke probleem. Dit kan je doen door:
Stap 1 – Kaderen
De begrenzing van het vraagstuk zorgt ervoor dat mensen creativiteit kunnen toepassen. Maak duidelijk wat wel en niet kan met een duidelijk kader. Bijvoorbeeld wat het gebied is waarbinnen men moet blijven, wat de visie is en wat de randvoorwaarden zijn waaraan moet voldoen.
Stap 2 – Waarnemen
Door louter waar te nemen doorga je eerst een objectieve fase waarin je alleen maar zoveel mogelijk observeert wat er gebeurt in gedrag, verbaal/non-verbaal, uitspraken etc. Doe zoveel mogelijk inzichten op.
Stap 3 – Focussen
Aan de hand van de vorige fases verscherp je het kader door deze kleiner te maken. Zo behoud je focus in het verdere proces.
Fase 2: Creatief denken stimuleren
In deze fase bedenkt het team zoveel mogelijke ideeën of oplossingen voor het gekaderde vraagstuk. Door het gehele team erbij te betrekken en iedereen voor zich ideeën te laten delen (zie ook blog 6 creatieve werkvormen) voorkom je dat je te snel plenair discussies vormt. Dit wil je in deze fase niet, want dit slaat de creativiteit van individuele teamleden plat. Om de creativiteit potentieel van het team te maximaliseren is het juist om de individuele creativiteit zijn gang te laten gaan. Aangezien elk individu zijn eigen vorm van creativiteit heeft. Dit geef je vorm door:
Stap 1 – Verbeelden
Het doel is om iedereen weer groots en wild te laten denken. De ‘ja, maar’ bestaat niet: alles kan. Teamleden verzinnen, fantaseren en bouwen luchtkastelen erop los. Probeer uit de comfortzone te gaan en out of the box te denken. Beperkingen bestaan in deze fase niet. Verzin het onmogelijke, the sky is the limit!
Stap 2 – Divergeren
De divergeerfase kenmerkt zich door zoveel mogelijk ideeën, oplossingen, manieren te bedenken die het vraagstuk helpen oplossen. In deze fase gaat het nog over concepten en thema’s, voorkom dus te veel detail of uitwerking hoe iets er dan uit moet komen te zien. Hier zijn mensen geneigd dat toch te doen, omdat dit het traditionele proces meer kenmerkt, dus tijd om in te grijpen als dat nodig is. Blijf bij een conceptuele uitwerking.
Fase 3: Probleemoplossing
De derde en laatste fase gaat over het daadwerkelijke keuzes maken met welke ideeën of oplossingen je verder wilt (problem solving). Deze ideeën worden gekozen, getest, eventueel verder uitgewerkt en gepresenteerd. Handige stappen die je hierbij kunt zetten (de volgorde kan soms verschillen):
Stap 1 – Experimenteren
De enige manier om erachter te komen of een oplossing van waarde is, is door deze te toetsen bij de gebruiker. Dit krijgt het best vorm in een experiment, daar waar je het daadwerkelijke gedrag van de gebruiker toetst. Dit werkt beter dan gebruikers vragen wat ze zouden doen in een bepaalde situatie, omdat we niet zo goed zijn in het voorspellen van ons eigen gedrag.
Stap 2 – Convergeren
Nu is het tijd om de meest passende mogelijkheid de kiezen. Je versmalt de pijplijn tot het idee waar je komende tijd mee verder wilt. Dit concept heeft bewezen de meeste potentie te hebben bij de gebruiker en kan in geuren en kleuren uitgewerkt worden.
Stap 3 – Vormgeven
Tijd om het concept echt te bouwen en de details verder uit te werken. In deze fase zou je heel goed Scrum toe kunnen passen, omdat dit zich perfect leent voor een conceptueel bewezen idee, waarvan je nog niet weet hoe je het moet maken.
Stap 4 – Presenteren
Tijd om het product te presenteren of implementeren. Wil je dit al bij het grote publiek doen of kies je een pilot waar je eerst live gaat? Hier bespreek je je presentatie- en implementatie strategie en voer je deze ook daadwerkelijk uit.
Tot slot, reflecteer!
Een extra advies en aanvulling is om altijd een goede reflectie te houden. Zo borg je niet alleen het vieren van succes (sta hier echt bij stil, het is een intensief proces!) maar ook alle learnings die je mee neemt voor een volgende keer.